Het eerste wat Lex deed, toen Jonathan het pand had verlaten, was schoonmaken. Vegen, stofzuigen, dweilen en soppen.
Toen alles netjes was, monteerde hij de deurkruk van de badkamer (wat niet zonder slag of stoot ging) en begon daarna aarzelend aan de sous-couche, de laag verf die op de gipsplaat moet op de muren die behangen worden. Dat lukte niet meteen zonder slag of stoot en hij besloot een dag te gebruiken voor de was en schoonmaken beneden.
Na bijna 3 maanden in Woieries reed hij zaterdag naar Almere, via Sacha en Stella waar hij een koelkast ophaalde. Diezelfde zaterdag deden we boodschappen: een badkamer- plafondlamp, twee hele grote potten muurverf, we haalden de tapijttegels op bij de Kwantum en zochten vloertegels voor de badkamer uit, die hopelijk woensdag in de winkel zouden zijn.
Zondag haalde Lex een kamerscherm op in Nijkerk en een combi-magnetron bij de Hopvrouw. Ik reed twee avonden naar school met een auto vol koelkast, tapijttegels en een kamerscherm!
Woensdag na het zwemmen en koffiedrinken met de meiden gingen we weer op weg naar Woieries, met een afgeladen auto vol spullen...alles wat we nu al meenamen, hoefde straks met de verhuizing niet mee. In België tankten we en toen we weg wilden rijden van de pomp, dacht de auto daar heel anders over. Een vriendelijke Belg duwde ons naar een parkeerplaats en even later, toen hij en Lex geconstateerd hadden dat de startmotor het had begeven, duwde hij ons aan. We keken in het boekje van de Citroën en vonden op de weg naar Woieries een garage in Beauraing, waar ze ons beloofden dat ze meteen een nieuwe startmotor zouden bestellen en dat die er de dag erna in gezet kon worden. De heren van de garage duwden ons weer aan en we kwamen veilig in Woieries, waar we de troep uitlaadden.
Marc kwam de volgende dag op ons verzoek langs om te helpen met starten. Dat lukte, maar Lex moest hem ook helpen, want de startmotor van zijn vrachtwagen vertoonde ook al kuren, Lex moest hard meppen met een hamer.
We hadden een gezellige dag in Beauraing, deden boodschappen in een grote supermarkt en pick-nickten onderweg. Het was heerlijk weer, de auto startte weer en we waren vol goede moed. We moesten 4 slaapkamers en een woonkamer doen in 10 dagen, en onze Aeryn van zes had heel bijdehand uitgerekend dat we dus 2 dagen per kamer hadden!
Vrijdag begonnen we met het mengen van de verf voor de muren. We hadden heel oude tubetjes kleurstof, nog van de muren van het appartement, die niet meer vloeibaar waren, maar taai, een hele grote emmer gebroken wit en een restje ‘warm wit’, dat gooiden we door elkaar en kregen een mooie kleur crème.
We startten met de Disneykamer. Ik spoot met de verfspuit de sous-couche, de onderlaag en verfde de randjes, Lex deed de grote vlakken met de roller. De hele kamer in 1 dag in de verf, dat ging goed!
Zaterdagochtend veranderden we eerst onze woonkamer beneden. Lex’ stoel en mijn bank wisselden we om en de secretaire kwam achter Lex’ stoel, naast de kachel. Op de plek waar de secretaire stond in de keuken, kon dan later oma’s kast komen. Perfect.
We verfden lustig verder, de inloopkast, de magische kamer, de oosterse kamer, de witte kamer. Lex de roller en ik spuiten, de randjes en de balken. Ondertussen repareerde Lex de stofzuiger, maakte houten randjes, verwende me met een extra plank in Trudy’s kast beneden, verkleinde een lijst die we van Juri hadden meegenomen en maakte hem passend voor de poster van Gandalf, zocht dingen uit en deed nog een heleboel andere kleine en grote klusjes.
We plakten het stenen-behang op een wand in de magische kamer.
Zondag plakten we de bamboe- fotowand in de oosterse kamer en legde Lex de vloerbedekkingtegels in de magische kamer.
We bestelden 100 meter plint en ik begon die te beitsen – schuren – beitsen. De plinten voor de witte kamer werden natuurlijk wit gegrond – geschuurd – wit afgelakt. Lex plakte de plinten in de magische kamer en die was dus af. Hoera!
Hij legde vloerbedekking in de inloopkast.
In de tussentijd hielp ik mijn pedicure- klanten, we gingen allebei naar de kapper en elke dag om 5 uur riep Yvette voor de koffie. Daarna gingen we meestal nog even door, we maakten heel lange dagen. Na het werk nuttigden we, om met Heer Bommel te spreken, een eenvoudige doch voedzame maaltijd en dan vroeg (meestal al om 8 uur al) naar bed...
Lex legde de vloerbedekking- tegels in de Oosterse kamer en plakte de plinten. Weer een kamer klaar! We zijn goed bezig, Aeryn!
Lex sjouwde het grootste gedeelte van de stapel troep naar beneden, hij werd er wanhopig van: ‘dat heb ik allemaal in Nederland ergens opgehaald, thuis uit de auto geladen, er weer in, in Woieries eruit, van de éne kamer naar de andere gesjouwd en uiteindelijk naar zolder, waar het ook al tien keer van plaats is gewisseld en altijd in de weg stond, en nu moet het weer naar beneden en wat doen we er dan mee, hoe raken we het kwijt?’
Voorlopig kwam het allemaal in de garage en als we met Pasen verhuizen, voorzien we een heel groot paasvuur!
Gelukkig konden we ook veel van de stapel gebruiken. Lex zette een pastoe-wandmeubel in elkaar, dat kwam in de inloopkast en in dat wandmeubel kwamen de 5 dozen strips.
De inloopkast was ook klaar!
We wilden het witte-rozen- fotobehang plakken in de witte kamer, maar ze hadden het verkeerde gestuurd, dus dat moest omgeruild in Nederland. Lex besloot toch de vloerbedekking alvast in de witte kamer te leggen en de plinten alvast pas te maken. We rolden de rol vloerbedekking uit, die we vier jaar geleden voor het appartement hadden gekocht, maar niet hadden gebruikt omdat het wit was in plaats van het gewenste gemêleerd. Gebaseerd op die vloerbedekking hadden we bedacht dat we maar een witte kamer moesten maken.
Toen we de rol uitrolden, bleek de vloerbedekking crème te zijn.
En niet wit.
Crème, net als de verf in alle kamers, behalve dus de witte kamer.
O jee.
Het stond toch best erg mooi...
Ik beitste de balken van de deuropening van ‘het gat van Bouillot’ en een oud rond tafeltje voor de magische kamer. Lex wilde de oude, vieze, lelijke ‘Sinterklaas-zetels’ weggooien , maar ik besloot dat we ze op gingen knappen, dus Lex haalde ze uit elkaar en de bekleding eraf en ik beitste ze.
Ik reed naar Revin en kocht een nieuwe grote pot beits, daarna kon ik weer verder met de balk in de Disney-kamer. We rekenden uit dat we daar ook genoeg witte - pardon, crème- vloerbedekking voor hadden.
Ik maakte een witte legkast schoon en Lex zette hem in elkaar in de oosterse kamer.
Tijdens een slapeloze nacht bedacht ik, dat we het beste onze eigen meubels uit Almere konden gebruiken voor de woonkamer, omdat we het huis toch grotendeels leeg moesten halen als we het wilden (nou ja, moesten) verhuren. Dus de volgende ochtend meldde ik Lex dat die loodzware driezitsbank toch ook nog naar beneden moest.
Lex riep vertwijfeld: ‘ik wilde dat jij ’s-nachts eens gewoon sliep’.
En toen we er achter kwamen dat een naar beneden gesjouwde metalen Auping bedbodem toch eigenlijk heel handig was voor een bed van de Disneykamer...
toen was hij zelfs zo gefrustreerd, dat hij die avond een flink gat sloeg in de voorraad whisky en mij minstens tien keer vertelde dat hij ‘not amused’ was met al dat gesjouw van links naar rechts en van boven naar beneden.
Echt niet blij.
Helemaal niet blij.
‘Ga lekker naar bed, lieverd, morgen is er weer een nieuwe dag’
Weltrusten...
Maandag reden we naar Almere terug. Twee kamers en een inloopkast klaar, twee bijna klaar.
Toch geen slecht resultaat, hè, Aeryn?
Die maandagavond stond ik een tikje uitgeteld voor de klas...
We kochten vloerbedekkingtegels voor de gang, witte verf voor de plafonds, want één emmer bleek niet genoeg, de vloertegels voor de badkamer waren aangekomen, we haalden grote roodstenen bloempotten voor buiten, afdeklatten voor de deurposten en een heleboel klein spul.
Na drie dagen Almere gingen we donderdagmiddag, na de klanten, weer naar Woieries. Weer met een afgeladen auto, natuurlijk.
Vrijdagochtend begonnen we met het leggen van de vloerbedekking in de Disneykamer. Het was bij nader inzien nèt niet genoeg, dus onder de twee lage speelgoedkasten kwam geen vloerbedekking. Lex zette die twee kasten in elkaar, die hadden we meegenomen uit Almere, en maakte er een groot blad overheen (uit de stapel in de garage...en ja, dat moest dus ook weer terug naar boven worden gesjouwd...), omdat de bovenkant niet mooi genoeg was.
Toen paste het bed er niet meer naast, dus daar moest hij ook aan knutselen, maar alles kwam goed. Ik stopte alle Disneyknuffels die we van Aeryn hadden gekregen in de wasmachine, we zochten het speelgoed uit en alles kwam in de lage kasten.
De Disneykamer was klaar.
We behangden de muur van de witte kamer met het omgeruilde witte rozenbehang. Het werd prachtig, ondanks een klein kleurverschil in de banen. Lex plakte de plinten en...weer een kamer klaar!
Ik begon met het schoonmaken van de kast voor de Disneykamer, Lex zette hem in elkaar en toen bleek dat hij niet paste, hij was te hoog. Dus de (lagere) kast uit de Oosterse kamer verhuisde naar Disney en de te hoge kast kwam in de Oosterse. Daarna maakte ik de kast voor de witte kamer schoon en Lex zette hem weer in elkaar. Alle kasten waren toen van de vloer en elke kamer had een kast!
Lex had al zijn kleren meegenomen, hij veranderde de indeling van de pastoe-kast op onze bos-slaapkamer en ik richtte hem in. Voor het eerst lagen er meer nette kleren in de kast dan werkplunje...
Lex verklaarde zich officieel verhuisd: waar je kleren zijn, daar woon je!
Zondagochtend maakte ik de witte randjes in de woonkamer en Lex begon met witten. Toen hij één-derde plafond klaar had, besloten we dat we de zondag-namiddag zouden besteden aan het behangen van de stenen-wand, want de volgende dag moest ik al weer naar Almere en samen behangt het veel prettiger. We begonnen om half vijf en waren om half acht klaar. Prachtig!
Maandag bracht Lex me naar Dinant en toen hij weer thuis was, witte hij de rest van het plafond. De dag erna deed hij de crème randjes en daarna de crème wanden. Hij maakte een gat op zolder voor de slang van de 3e ingang van de mechanische ventilatie, de gaten in de badkamer en WC zaten er al, maar in de keuken nog niet. Hij moest steeds van de éne zolder naar de andere verhuizen, dat was dus een hele klus. Hij rekende uit waar de bovenkastjes van de keuken opgehangen moesten worden.
Hij was, na een opruimbeurt van de werkplaats, vergeten de volle vuilniszak binnen te zetten en die nacht kwam er een vos langs. De volgende ochtend lagen de spullen overal, in de tuin van Gérard en er lag zelfs een oud knuffelbeest in het weiland tegenover het huis! Het bewijs dat Lex geen ezel is, werd geleverd: hij liet de zak weer buiten staan en de vos had weer een dolle nacht... de ochtend erop kon Lex weer aan het verzamelen! Toen de nacht erop de vuilniszak echt naar buiten moest omdat de vuilniswagen de volgende ochtend voor dag en dauw zou komen, goot hij en een beste scheut chloor in, zoals ik ook altijd doe... Dat hielp.
De laatste dag voor hij mij ging halen in Almere, tegelde en voegde hij de keuken, met de tegels die we over hadden van Yvettes badkamer. Hij monteerde een lampje onder de bovenkastjes en sjouwde de koelkast naar boven, de elektrische plaat erop, de stekker in het stopcontact en...alles werkte!
Dank je wel, Ad!
Ik had ondertussen nog een paar meter lichtgroene stof gehaald op de markt in Almere en had daar nog een verzameling heksen en vleermuizen op geappliceerd, voor de bekleding van de stoelen in de magische kamer. Ik maakte ook een nieuw gordijntje voor opa Kosters rookkastje, dat Hans en Joke niet meer konden gebruiken en dat in plaats van de kapstok in de bloemenkamer moest komen. Oma’s gordijntje was wel erg jaren 70... dus ik maakte een gordijntje met blauwe en lila bloemetjes, net als het behang.
In Almere pakten we weer een heleboel in (mijn kleren en hobbyspullen, onder andere) en Lex ruimde zijn werkhok op. Hij reed naar de tweedehands winkel met allerlei spullen die hij mee terug had genomen uit Frankrijk (‘ dat heb ik er eerst allemaal heen gesleept’...) en naar de stort met een auto vol troep. Dat ruimde lekker op.
Woensdagochtend laadde Lex de auto vol tot aan de nok en na de koffie met de meiden vertrokken we weer richting Woieries. Daar werd alles uitgeladen en alle spullen vonden een plekje ergens in huis.... mijn kleren in onze kledingkast, mijn hobbyspullen in mama’s linnenkast in de poezenkamer, de spelletjes beneden onderin Adri’s kast...
Ik deed boodschappen met Yvette, terwijl Lex begon aan het witten van het plafond in de gang. Ik deed de gele randjes en Lex verfde ook de muren op de gang en de trap. Hij verving de lamp in de bloemenkamer door een leuke oude van oma Koster (met bloemetjes) en hing daar ook opa Kosters oude rookkastje op in plaats van de kapstok, die boven moest komen.
Ik beitste de balken van de woonkamer en de laatste 25 meter plint, die Yvette en ik bij Liesch hadden opgehaald. Daarna grondde – schuurde – lakte ik 32 witte afdeklatjes voor de deurposten.
Zaterdag legden we het zeil in de woonkamer. Het was spannend, want we wisten niet zeker of het genoeg zou zijn. Dat zeil hadden we jaren geleden van Jean-Baptiste overgenomen en gedeeltelijk op de oude zolder boven onze slaapkamer gelegd. Lex had die drie –vreselijk stoffige- banen opgerold en er bleef ook nog een stuk over op de rol. Het werd een Chinese legpuzzel, maar gelukkig... het paste precies, we hadden ongeveer een vierkante meter over! Ik sopte het zeil zeker vijf keer, steeds met schoon sop en toen was het allemaal ongeveer dezelfde kleur.
Lex lakte de deur van de oosterse kamer af en ’s-avonds deed hij de deur van de witte kamer en het kleine deurtje van de mechanische ventilatie. Toen was de woonkamer klaar. Hoera!
Lex zette de boekenkast in elkaar en ik verfde de lijst die ik voor de magische kamer had gekocht, maar die te klein bleek voor de poster van Gandalf. De lijst was zwart en werd nu wit, een leuke poster erin en hop...aan de muur van de witte kamer, waar we verder ook alles ophingen, onder andere de takken en sneeuw-uilen, die snoezig stonden.
Lex begon zondag met het maken van witte afdekrandjes rondom de mechanische ventilatiekast en daarna wilde hij de verlichting gaan ophangen, maar het was al laat en we hadden beloofd om 5 uur koffie te drinken bij Yvette. Daarna hadden we geen moed meer en besloten dat het zo wel welletjes was.
Lex bracht me maandag naar Dinant en ik ging met de trein naar huis, om -met pijn in het hart- mijn aller- allerlaatste lessen te geven op de Volksuniversiteit. Die waren trouwens razend gezellig en ik werd gruwelijk verwend door cursisten, collega’s en bestuur.
Maar ellendig blijft het...ik zal het verschrikkelijk missen...
Lex installeerde de verlichting en maakte het overgebleven bovenkastje van de keuken tot een rol-kastje. Hij besteedde een hele dag aan het snoeien van allerlei spul in de tuin, het was prachtig weer.
Hij tegelde de vloer van de WC en kwam na een paar dagen ook naar Almere, we gingen de donderdag erna weer terug, met weer een afgeladen auto. Dezelfde dag nog werd alles uitgeladen en we stortten uitgeput in bed.
Ik deed boodschappen met Yvette en Lex begon aan het tegelen van de WC-muren. De tegel-snij-installatie stond op de gang: een werkbank, met daarop een omgekeerde wasmachinedeksel, met daarop de snijmachine. Na iedere tegel moest het koelwater dat in de deksel was gelopen, worden opgesponst, in een emmer worden uitgeknepen en dan moest die emmer na elke paar tegels weer beneden in de berm geleegd worden, wat een klus... De WC werd gevoegd, het wastafeltje en het plankje opgehangen en Lex begon aan de badkamer, terwijl ik blikken beplakte met een restje bamboe-behang en de poster van een elf, die te groot bleek voor de magische kamer. Zo hadden we twee originele prullenbakken.
We gingen een dagje naar Charleville, eerst naar de telefoonwinkel, omdat we sneller internet wilden, en daarna naar maar liefst drie bouwmarkten. We kochten wandtegels voor de badkamer.
Ik verfde alle deuren op zolder en Lex bereidde de badkamer voor, er moest roze waterdicht spul op alle kieren en op de vloer gesmeerd worden. Toen dat klaar was, tegelde hij de vloer met de leuke gespikkelde blauwe tegeltjes. En toen bleek dat we een doos te weinig hadden gekocht, die werd dus bijbesteld in Almere en Lex tegelde alleen de randen, want daarna moesten de plastic randjes erop en dan de wandtegels.
We bekleedden de Sinterklaas-stoelen met de door mij gemaakte bij de sprei passende lichtgroene stof.
Jean kwam de moestuin eggen en Yvette begon dapper te zaaien en aardappels te poten. Ze kwam me halen om me te laten zien hoe je zaaien moet. Ze had een vore getrokken en pakte de zaadjes in haar hand. Die werden in de vore gesprenkeld. “Snap je nou hoe het moet”.
Ja hoor, Yvette, wat een wijze les, dat had ik uit mezelf nooit begrepen! ;-)
In Nederland hadden we een nieuwe satelliet-ontvanger gekocht, met DVD-recorder erin. De oude moest op zolder komen voor de gasten. Maar wat we ook probeerden, niets werkte. Lex, met behulp van een fles whisky, had neiging om de hele zooi uit het raam te gooien. De volgende dag belden we de winkel in Nederland, die het ook niet wisten, en toen de winkel in Monthermé, die gelukkig een aardige mijnheer langs stuurden, die alles oploste. We hadden TV en radio beneden. Juri moest het boven maar oplossen als hij kwam.
Omdat de badkamer echt af moest, gooiden we de dubbele versnelling erop. Ik tegelde de hele tegels en Lex sneed de randjes.
Er waren veel randjes. Heel erg veel randjes.
Lex werd er wanhopig van, maar alles kwam klaar, gevoegd en wel, voor we weer naar Almere gingen. Lex kon eindelijk de tegel-snij-installatie opruimen en de vloerbedekkings-tegels in de gang leggen. Plinten erop, deurlatjes en klaar was het!
Die avond liepen we hand in hand door alle kamers. Te genieten.
Met een zucht van verlichting reden we naar Almere.